Johannes Roelands

Johannes Roelands was bij het uitbreken van de oorlog als soldaat ingedeeld bij het I-6 Regiment Infanterie.
Als mitrailleurschutter was Johannes begin mei 1940 gelegerd in kazemat S-37 aan de Peel-Raamstelling in Mill. Op 11 mei 1940, een dag na de inval van het Duitse leger, dekte Johannes met vier kameraden de terugtocht van de Nederlandse strijdkrachten. In die vroege ochtend brak een vuurduel uit met de optrekkende Duitsers die de kazemat van nabij benaderden en met enkele gerichte treffers door de schietgaten de bemanning binnen ombrachten.

Hij werd aanvankelijk in een veldgraf naast de kazemat begraven, om op 14 mei in Mill te worden herbegraven. Op 4 juni werd zijn lichaam naar huis gebracht in Zundert waar hij is herbegraven op de begraafplaats achter de Trudokerk. Daar bleef hij tot 3 januari 1995, als zijn stoffelijk overschot werd bijgezet op het Militair ereveld Grebbeberg in Rhenen. Hij is postuum onderscheiden met het Bronzen Kruis.

* ZUNDERT 13-05-1913  
Ϯ MILL 11-05-1940

Cornelis Schrauwen

Cornelis Schrauwen was bij het uitbreken van de oorlog als soldaat ingedeeld bij het I-6 Regiment Infanterie.
Als mitrailleurschutter was Johannes begin mei 1940 gelegerd in kazemat S-37 aan de Peel-Raamstelling in Mill. Op 10 mei 1940 viel het Duitse leger Nederland binnen. Omdat de kazemat van Cornelis net buiten de hoofdaanvalssector van de Duitsers lag, bleef het die eerste oorlogsdag rustig voor hem. Op 11 mei brak echter in de vroege ochtend een fel vuurgevecht uit. De Duitsers wisten op korte afstand met schietgattreffers de gehele bemanning van de kazemat en in de loopgraaf ernaast uit te schakelen. Cornelis was een van de soldaten die daarbij om het leven kwamen.

Hij werd aanvankelijk in een veldgraf naast de kazemat begraven, om op 14 mei in Mill te worden herbegraven. Op 4 juni werd zijn lichaam naar huis gebracht in Zundert waar hij is herbegraven op de begraafplaats achter de Trudokerk. Daar bleef hij tot 3 januari 1995, als zijn stoffelijk overschot werd bijgezet op het Militair ereveld Grebbeberg in Rhenen. Hij is postuum onderscheiden met het Bronzen Kruis.

* ZUNDERT 12-05-1913
Ϯ MILL 11-05-1940

Cornelis Blankers

Tijdens de mobilisatie meldde Cornelis Blankers zich voor de Vrijwillige Landstormkorps.
Daar hij werd aangesteld als commandant voor de luchtwachtpost Zundert, vallend onder de groep Breda. Onder bevel van kapitein van der Manen weken zij na de Duitse inval uit naar de Belgische kust, waar ze op 28 mei 1940 vanuit Sint-Idesbald bij Koksijde ingescheept zouden worden naar Groot-Brittannië. Die dag werden ze echter beschoten door de optrekkende Duitsers. Cornelis kwam bij het bombardement om het leven op 43-jarige leeftijd.

* PRINCENHAGE 30-08-1896
Ϯ BELGIË SINT-IDESBALD 28-05-1940

Franciscus Leenaerts

Toen in het najaar van 1939 de oorlogsdreiging voor Nederland sterk toenam, werd Franciscus Leenaerts onder de wapenen geroepen en als soldaat ingezet bij de landsverdediging.
Waar hij precies werd ingezet is niet bekend maar toen op 10 mei 1940 de Duitsers Nederland waren binnengevallen, en in de daaropvolgende dagen een chaotische westwaartse terugtrekking plaatsvond, marcheerde Franciscus met zijn onderdeel af richting België. Hij kwam uiteindelijk terecht in het West-Vlaamse Beveren aan de IJzer waar hij op 23 mei 1940 bij een Duits bombardement om het leven kwam. Franciscus werd begraven op de Rooms-Katholieke begraafplaats in Wernhout.

* ZUNDERT 16-06-1916
Ϯ BELGIË BEVEREN 28-05-1940

Christianus Blankers

Christianus Blankers meldde zich voor de dienst in het KNIL en vertrok naar Nederlands-Oost-Indië.
Hij behaalde de rang van sergeant van de infanterie. Na de capitulatie van de Nederlandse strijdmachten op Java werd Christianus door de Japanners krijgsgevangen genomen en afgevoerd naar het vasteland van Azië. Daar werd hij als dwangarbeider ingezet bij de aanleg van de Birma-spoorlijn. Hij kwam uiteindelijk terecht in het Birmese kamp Phadong dat berucht was om zijn uitzonderlijk slechte levensomstandigheden die er heersten en vanwege de hoge sterftaantallen bekend stond als “dodenkamp. Hij bezweek er aan de ontberingen op 24 juli 1943.

* PRINCENHAGE 14-12-1901
Ϯ BIRMA PHADONG 24-07-1943

Willem Hoppenbrouwers

Willem Hoppenbrouwers tekende voor militaire dienst bij het KNIL en vertrok naar Nederlands-Indië waar hij werd gelegerd in Tjimahi bij Bandung op Java.
Na de Japanse inval in Nederlands-Indië en de daaropvolgende capitulatie op 8 maart 1942 werd Willem dezelfde dag krijgsgevangen genomen en afgevoerd naar een Javaans kamp. Later werd hij naar het vasteland van Zuidoost-Azië gedeporteerd om als dwangarbeider ingezet te worden bij de Birma-spoorlijn. Na een lange lijdensweg van 2700 kilometer kwam hij uiteindelijk terecht in het Thaise kamp Rintin. Daar werden de ontberingen hem uiteindelijk te veel. Op 16 maart 1943 werd hij ziek afgevoerd naar het kamphospitaal waar hij als gevolg van de gebrekkige medische zorg op 7 april 1943 bezweek. Hij vond zijn laatste rustplaats op de oorlogsbegraafplaats in het Thaise Kanchanaburi.
 
* RIJSBERGEN 22-01-1904
Ϯ THAILAND RINTIN 07-04-1943